Ouders en stiefouders: Wie draagt de kosten voor de verzorging en opvoeding van de kinderen?

MR. E. GUBBENS

Advocaat familie-en erfrecht
Actueel Gepubliceerd op 02 september, 2022

Ouders en stiefouders: Wie draagt de kosten voor de verzorging en opvoeding van de kinderen?

Stellichers Dag van de Scheiding! Op 9 september a.s. vindt de Dag van de Scheiding plaats. Stellicher Advocaten neemt hieraan deel. Onze collega Eline Gubbens, schreef in dat kader deze blog over de kosten voor de verzorging en opvoeding van de kinderen in een samengesteld gezin.

Het komt vaak voor dat kinderen na de scheiding van hun ouders een samengesteld gezin zullen vormen met de nieuwe partner(s) van hun ouder(s), waardoor de kinderen ook deels worden opgevoed door hun stiefouders. Dan kan de vraag rijzen wie van de ouders en stiefouders verplicht zijn om bij te dragen in de kosten voor de verzorging en opvoeding van de kinderen. In dit blog zet ik de onderhoudsplicht met betrekking tot de kinderen binnen een samengesteld gezin uiteen.

De wettelijke onderhoudsverplichting

In Nederland zijn zowel de ouders als de juridische stiefouders van kinderen volgens de wet onderhoudsplichtig voor de kinderen binnen het gezin. Er is sprake van een juridische stiefouder wanneer de stiefouder met de ouder van het kind is getrouwd of een geregistreerd partnerschap heeft gesloten met de ouder van het kind. Een stiefouder die het kind van zijn of haar partner heeft erkend of geadopteerd wordt volgens de wet niet aangemerkt als stiefouder maar als juridisch ouder.

De onderhoudsverplichting van de juridische stiefouders voor zijn of haar stiefkinderen geldt zolang de stiefouder getrouwd is of een geregistreerd partnerschap heeft met de ouder van het kind en het kind ook op hetzelfde adres staat ingeschreven. Wanneer het huwelijk of het geregistreerd partnerschap eindigt, is de stiefouder niet langer onderhoudsplichtig. Dit geldt uiteraard niet voor de juridische ouders, die blijven onderhoudsplichtig ook nadat de relatie tussen beide ouders eindigt.

Het gerechtshof Den Haag[1] heeft bovendien bepaald dat ook stiefouders die niet met de ouder van het kind zijn getrouwd of een geregistreerd partnerschap zijn aangegaan, onderhoudsplichtig kunnen zijn in het geval van bijzondere omstandigheden. Dit is het geval als er ‘family life’ bestaat tussen de stiefouder en het kind. Hiervan kan bijvoorbeeld sprake zijn als de stiefouder en het kind langdurig samenwonen en met de ouder van het kind een gezin vormen. Ook dan kan er volgens het hof een onderhoudsplicht bestaan op grond van artikel 8 EVRM (family life). Of er sprake is van family life hangt sterk af van de feitelijke situatie binnen het gezin.

De wet kent geen rangorde toe aan de onderhoudsplicht van de ouders en de stiefouders. Dit uitgangspunt is ook bevestigd door de Hoge Raad.[2] Een stiefouder is dus volgens het Nederlandse recht niet meer of minder onderhoudsplichtig dan de ouders van het kind.

Kan een kind behoren tot twee gezinnen?

Feitelijk komt het veel voor dat kinderen na de echtscheiding van hun ouders tot twee gezinnen behoren.  Zo kunnen kinderen bijvoorbeeld de ene week behoren tot het gezin van hun moeder, stiefvader en hun stief- of halfbroertjes en zusjes en de andere week horen zij bij het gezin van hun vader, stiefmoeder en die stief- of halfbroertjes en zusjes. Toch heeft de rechtbank Zutphen geoordeeld dat de kinderen juridisch gezien alleen behoren bij het gezin van de (stief)ouder waar zij op het adres staan ingeschreven, waardoor alleen die stiefouder onderhoudsplichtig kan zijn.[3] Ik merk in de praktijk dat ouders en stiefouders zich hier vaak niet van bewust zijn: als je trouwt met een partner met kinderen die op jouw adres staan ingeschreven, dan ben je volgens de wet onderhoudsplichtig!

Hoe moet er worden omgegaan met deze samenloop van onderhoudsplichtigen?

De onderhoudsplicht van ouders en stiefouders zijn dus van ‘’gelijke rang’’. Om te bepalen wie van de ouders en stiefouders moeten bijdragen in de kosten van de opvoeding en verzorging van de kinderen en hoeveel zij moeten bijdragen wordt er in de rechtspraak gekeken naar:

  1. De draagkracht van alle onderhoudsplichtige (stief)ouders: Er wordt vastgesteld wat de maandelijkse financiële behoefte van het kind is. Vervolgens wordt er gekeken hoe de (stief)ouders in evenredigheid van hun inkomens in deze behoefte kunnen bijdragen.
  2. Het feit dat er tussen ouders en het kind in principe een nauwere verwantschap bestaat dan tussen de stiefouders en het kind: Deze regel wordt binnen de rechtspraak als uitgangspunt genomen, maar:
  3. Ook de feitelijke verhouding van het kind tot alle (stief)ouders speelt een rol:  Er wordt ook gekeken naar de feitelijke relatie die het kind met de (stief)ouders heeft. Zo oordeelde de Hoge Raad dat de onderhoudsplicht van de vader van het kind rechtmatig op nul werd gesteld, nu de vader al geruime tijd geen enkel contact had met het kind en het kind al die tijd een gezin heeft gevormd met de moeder en stiefvader en zelfs de achternaam van de stiefvader draagt.[4]

Er is jammer genoeg niet één duidelijke regeling waaraan gemakkelijk kan worden vastgesteld wie van de (stief)ouders een gedeelte van de behoefte van het kind moet betalen. Het vaststellen van ieders onderhoudsplicht blijft ingewikkeld en kan leiden tot discussies, bijvoorbeeld:

  1. Wanneer de vader stelt dat hij minder alimentatie hoeft te betalen, omdat de moeder opnieuw getrouwd is en haar echtgenoot volgens de vader dient mee te betalen aan de kosten van de kinderen. Of een rechter ook daadwerkelijk een onderhoudsverplichting voor de stiefouder vaststelt hangt sterk af van de feiten en omstandigheden in die zaak. In de jurisprudentie wordt bijvoorbeeld veelal geen onderhoudsplicht van de stiefvader aangenomen, indien de kinderen nog een nauwe band en goed contact met hun vader hebben en de ouders tevens voldoende draagkracht hebben om samen in de behoefte van het kind te voorzien. Indien er wel een onderhoudsverplichting van de stiefouder wordt vastgesteld, wordt veelal de omvang van deze onderhoudsplicht als volgt bepaald door de behoefte van het kind te verminderen met de alimentatie/bijdrage die de ouders van het kind betalen.
  2. Het kan ook zijn dat de vader stelt dat hij minder draagkracht heeft, omdat hijzelf een onderhoudsverplichting heeft voor zijn andere (stief)kinderen en daarom minder kan bijdragen in de kosten van de kinderen. De Hoge Raad heeft als uitgangspunt aangenomen dat het enkele feit dat een ouder is gaan samenleven met een nieuwe partner, waardoor die ouder minder geld overhoudt voor de kinderalimentatie onvoldoende is om deze alimentatieplicht aan te tasten.[5]  De alimentatieplicht van de ouder van de kinderen, verandert dus in beginsel niet. Op deze regel bestaan wel uitzonderingen, bijvoorbeeld indien de bestaande alimentatieplicht het gevolg zal hebben dat het nieuwe gezin van de ouder geen gezonde financiële situatie meer heeft. Indien de ouder een onderhoudsplicht heeft voor (stief)kinderen uit verschillende gezinnen, kan het voorkomen dat de draagkracht van die ouder niet voldoende is om in de behoefte van alle kinderen te voorzien. In die situatie is het uitgangspunt dat de draagkracht van die ouder gelijkelijk over de kinderen moet worden verdeeld naar rato van hun behoefte.[6]

Conclusie:

Kortom, het vaststellen van de onderhoudsplicht in het geval van een samengesteld gezin is niet eenvoudig. In de praktijk dient de rechter rekening te houden met veel verschillende omstandigheden waaronder:

  1. Is er sprake van een juridische stiefouder of een stiefouder waarmee het kind in een nauwe persoonlijke betrekking staat?
  2. Bij welke ouder en stiefouder staat het kind ingeschreven?
  3. Wat is de behoefte van het kind en kunnen de ouders daarin voldoende bijdragen?
  4. Wat is de feitelijke verhouding tussen het kind en beide ouders en het kind en zijn stiefouder?
  5. Heeft de onderhoudsplicht van een ouder voor zijn (eerdere) kinderen negatieve gevolgen voor de financiële stabiliteit van het nieuwe gezin van de ouder?
  6. Heeft de ouder voldoende draagkracht om bij te dragen in de behoefte van zijn of haar kinderen binnen de verschillende gezinnen? En zo nee, hoe moet de draagkracht van de ouder verdeeld worden over alle kinderen?

Juist omdat deze situatie ingewikkeld is, is het verstandig om je goed te laten adviseren. Indien jij vragen hebt over jouw onderhoudsplicht of de onderhoudsplicht van de stiefouder van jouw kind, dan adviseren wij jou om een afspraak te plannen. Het is namelijk van belang dat wij jouw feitelijke situatie kunnen bestuderen om jou van een advies te voorzien.

Gerechtshof Den Haag 19 maart 2014, ECLI:NL:GHDHA:2014:943
HR 13 juli 2012, ECLI:NL:HR:2012:BX1295
Rb. Zutphen 18 januari 2011, ECLI:NL:RBZUT:2011:BP1113
HR 22 april 1988, NJ 1989/386
HR 2 december 1994, NJ 1995/287
Zie HR 13 december 1991, NJ 1992/178 en bijvoorbeeld Hof ‘s-Hertogenbosch 4 mei 2010, ECLI:NL:GHSHE:2010:BM3532

Stel onze specialist een vraag!

Lees meer goede ideeën