Direct advies
Aangereden als voetganger of fietser? Ken je rechten!

MR. H. KORKMAZ

Advocaat aansprakelijkheid, verzekeringen en letselschade
Actueel Gepubliceerd op 26 november, 2024

Aangereden als voetganger of fietser? Ken je rechten!

Ben je als fietser of voetganger gewond geraakt door een aanrijding met gemotoriseerd verkeer, zoals een scooter of auto? Dan gelden er slachtoffervriendelijke aansprakelijkheidsregels, ook als je zelf een verkeersfout hebt gemaakt. Veel mensen kennen deze gunstige regels niet, en zien er daarom van af om hun schade te verhalen. Dat is jammer, zeker als het om blijvend letsel gaat.

Direct advies

Normale bewijsregels

Normaliter moet het slachtoffer bewijzen dat de andere verkeersdeelnemer aansprakelijk is. Als slachtoffer heb je dan dus de bewijslast én het bewijsrisico. Als de andere verkeersdeelnemer de aansprakelijkheid betwist en er geen aanvullend bewijs is, kun je als slachtoffer met lege handen komen te staan.

Veel gunstigere aansprakelijkheidsregels bij letselschade fietser of voetganger

Bij een aanrijding tussen ongemotoriseerd verkeer (bijvoorbeeld een fietser of voetganger) en gemotoriseerd verkeer gelden slachtoffervriendelijke regels. De basis hiervoor is artikel 185 Wegenverkeerwet 1994 (WVW). Op grond van dit artikel staat de aansprakelijkheid van de gemotoriseerde al vast, dus ook als de voetganger of fietser een verkeersfout heeft gemaakt.

Hoe het aandeel aansprakelijkheid wordt bepaald, hangt af van de leeftijd van de gewonde ongemotoriseerde verkeersdeelnemer.

Tot 14 jaar: 100%-regel

Een ongemotoriseerd slachtoffer van jonger dan 14 jaar krijgt zijn schade voor 100% vergoed. Dat is dus ook zo als het slachtoffer medeschuldig aan het ongeval is, door bijvoorbeeld zomaar en vlak voor een auto over te steken.

De gemotoriseerde verkeersdeelnemer kan bij een artikel 185 WVW-situatie alleen aan aansprakelijkheid ontkomen door overmacht te bewijzen.

De rechter neemt zelden overmacht aan. Alleen als de gemotoriseerde rechtens geen enkel verwijt van het ongeval kan worden gemaakt is er overmacht. Dit criterium gaat veel verder dan een menselijk verwijt. Volgens vaste rechtspraak zijn fouten van andere verkeersdeelnemers alleen relevant als die fouten voor de gemotoriseerde zó onwaarschijnlijk waren dat hij bij het bepalen van zijn verkeersgedrag met die mogelijkheid in redelijkheid geen rekening hoefde te houden. Hiervan is niet snel sprake.

Bij slachtoffers jonger dan 14 geldt bovendien een extra bewijslast. De gemotoriseerde moet dan aantonen dat het slachtoffer met opzet of aan opzet grenzende roekeloosheid heeft gehandeld. Alleen dan kun je bij een slachtoffer jonger dan 14 een beroep op overmacht doen. In de praktijk is hier bijna nooit sprake van.

Ook als het verkeersongeval door een fout van het kind is veroorzaakt, is de kans dus groot dat het kind volledige schadevergoeding krijgt.

Vanaf 14 jaar: 50%-regel

Bij een aanrijding met een ongemotoriseerde verkeersdeelnemer vanaf 14 jaar geldt ook dat de gemotoriseerde aansprakelijk is.

Ook dan kan de gemotoriseerde alleen aan aansprakelijkheid ontkomen door overmacht aan te tonen. De bewijslast is dan wel iets lichter dan als het slachtoffer jonger dan 14 jaar is. Het is dan namelijk voldoende om te bewijzen dat de gemotoriseerde rechtens geen enkel verwijt van het ongeval treft. Bewijs van opzet of aan opzet grenzende roekeloosheid van het slachtoffer is dan voor een beroep op overmacht niet nodig.

Is er geen sprake van overmacht, dan is de gemotoriseerde voor minimaal 50% aansprakelijk . Daar is één uitzondering op: als het slachtoffer met opzet of aan opzet grenzende roekeloosheid heeft gehandeld. Ook dat is echter moeilijk te bewijzen.

Het percentage aansprakelijkheid geeft aan hoeveel procent je van je schade je vergoed krijgt. Het andere deel blijft voor eigen rekening. De discussie over het percentage aansprakelijkheid is dus uitermate belangrijk.

Hoe wordt het percentage aansprakelijkheid bepaald als het slachtoffer ouder dan 14 jaar is?

Eerst vindt een causale weging plaats van de factoren aan beide zijden die hebben bijgedragen aan het ongeluk. In welke mate hebben de over en weer gemaakte verkeersfouten tot het ongeval geleid?

Daarna wordt gekeken of ruimte is voor een billijkheidscorrectie. Relevante factoren hierbij zijn bijvoorbeeld:

  • de ernst van de over en weer gemaakte fouten;
  • de ernst van het letsel en de gevolgen daarvan;
  • of die gevolgen door een eigen verzekering gedekt worden; en
  • of de aansprakelijkheid gedekt is.

Behalve bij opzet of aan opzet grenzende roekeloosheid bij de voetganger of fietser ouder dan 14, komt de aansprakelijkheid op minimaal 50% uit.

Conclusie

Het moet dus gek lopen wil je als voetganger of fietser je letselschade niet vergoed krijgen als je door een gemotoriseerde bent aangereden.

Aarzel niet, en schakel daarom bij letselschade in het verkeer een gespecialiseerde letselschadeadvocaat (lid van de specialistenvereniging LSA) in. Heb je vragen naar aanleiding van deze blog? Neem dan contact met mij op.

Direct advies

Neem contact op met MR. H. KORKMAZ

Schakel JavaScript in je browser in om dit formulier in te vullen.

Lees meer goede ideeën